Van 2013 tot en met 2015 hebben een tiental Middenlimburgse akkerbouwers deelgenomen aan het demonstratieproject Bloeiend Bedrijf. Met dit project zocht het ministerie EL&I meer draagvlak voor de zogenaamde functionele agrobiodiversiteit (FAB). Hierbij gaat het om het inzaaien van bloemrijke akkerranden voor allerlei insecten, die een rol kunnen spelen in de plaagbestrijding van bijvoorbeeld luizen in het hoofdgewas, zoals de teelt van aardappelen, suikerbieten of granen. Door de ontwikkeling van plaagsoorten in het hoofdgewas en de aantal insectensoorten in de akkerrand nauwgezet te volgen, kan bijvoorbeeld bespaard op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen voor de bestrijding van bijvoorbeeld luizen. Hiermee levert de functionele agrobiodiversiteit een bijdrage aan een duurzame productiviteit van de landbouw. Voor de vergroeningsbijdrage van het Germeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) telt het oppervlakte aan bloemrijke akkerranden anderhalf of twee keer zo zwaar mee dat het oppervlakte van bijvoorbeeld groenbemesters.
De bloermrijke akkerranden verfraaien het landschap en bieden een geschikt biotoop voor niet alleen de roofinsecten van de bladluizen, maar ook een geschikte plek voor bijen (voor meer bestuiving) en voor vlinders en vogels. Voor het aanleggen van FAB-randen zijn specifieke zaadmengsels met onder meer Korenbloemen, Klaprozen en Margrieten beschikbaar. De maand april is de meest geschikte zaaiotijd.
In samenwerking met de gemeenten Echt-Susteren en Roerdalen zijn afgelopen jaren op verschillende plekken in de streek bloemrijke randen in akkers en weilanden ingezaaid. De vele bloemen zorgen extra insecten, extra vogels en zoogdieren en een fraai landschap.